NBB District Delft  


verzaken en extra slagen of niet. B

Parenwedstrijd (bondsklasse).

Deler: Zuid

 

Kw: NZ

♠  A H 9 8 4

  V 7 5

   -
♣  V B T 8 3

 

♠  7 6 5 3

  A 8 6

  A V 3
♣  7 6 4

 

♠  T 2

9 3

  H T 8 6 5 4

♣  K 5 2

 

♠  V B

  H B T 4 2

  B 9 7 2

♣  A 9

 

Probleemstelling:

Zuid als leider zit in een 4 kontrakt. Er zijn 5 slagen gespeeld.  De leider Zuid heeft alle slagen gemaakt en is in dummy (Noord) aan slag. Alle gespeelde kaarten zijn ondersteept en cursief weergegeven.
Nu speelt de leider ♠A uit de dummy, in Zuid 7 weg, West verzaakt en maakt deze slag  met A.

West speelt dan A en vervolgens V die met H van Oost overgenomen wordt. Nu gaat de leider in 4?n down, want ♣H wordt ook nog verloren. De geroepen WL bepaalt dat de verzaking van Oost voldongen is (art 63) en geeft aan NZ conform artikel 64A1 twee slagen extra en dan is het resultaat 4 +1 . De NZ-partij vindt dat zij zonder verzaking 4+2 konden maken en wel als volgt : Op ♠A en ♠H verdwijnen in Zuid  7 en 9. Dan wordt uit dummy Noord  ♣V gespeeld (de snit op ♣H genomen) en tenslotte verdwijnt op ♠9 van Noord  de laatste B in Zuid. Vervolgens maken OW alleen nog A. De OW-partij vindt dat dit speelplan nu gemakkelijk te vertellen is nadat  het spel gespeeld is en de leider weet dat ♣H bij Oost  zit. OW vragen zich af of de leider de ♣-snit wel aan zou durven als niet bekend was dat ♣H bij Oost zat. Als ♣H fout zou zitten (dus bij West) dan zou bij het nemen van de ♣-snit het resultaat 4 C worden en dat zou dan een slechte score opleveren. Wat moet je als wedstrijdleider doen ?  

Antwoord:

Het is inderdaad zo dat de leider nu weet waar ♣H zit en dan is de snit nemen risicoloos. Maar ja OW hebben zo?n probleem veroorzaakt door hun voldongen verzaking. Men moet in zo?n geval kijken naar artikel 64C waarin staat : 

Wedstrijdleider is verantwoordelijk voor rechtvaardige gang van zaken   

Wanneer na een voldongen verzaking, ook wanneer er geen rechtzetting voor voorzien is, de wedstrijdleider van oordeel is dat de niet-overtredende partij onvoldoende schadeloos wordt gesteld door dit artikel, moet hij een arbitrale score toekennen. ? 

Dus volgens artikel 64C moet de extra slag (snijden op ♣H) aan NZ gegeven worden als dat door de WL als redelijk beschouwd wordt. Maar in dit geval is het natuurlijk ook juist dat men nu weet dat ♣H voor NZ  goed zit en dan wordt het spelen wel gemakkelijk. De vraag is hoeveel spelers in zo?n situatie de snit op ♣H zouden durven te nemen omdat je het risico loopt dat je i.p.v. een zekere 4 +1 een score van 4C krijgt als ♣H bij West zou blijken te zitten.

Navraag bij spelers hoe men in zo?n situatie zou spelen is raadzaam. Ik heb het in dit geval ook gedaan en dan blijkt dat mogelijk 40% van de spelers zo?n snit op ♣H aan zouden durven en 60% niet.
De niet overtreders (NZ) zou ik zo redelijk mogelijk compenseren (art. 64C). Ik zo?n situatie moet je dan een gewogen score vaststellen (het nemen van de snit ligt ongeveer 50%). 

Ik zou dan het resultaat vaststellen op 50%  4 + 1 en 50%  4 + 2.