NBB District Delft
Probleemstelling:
Zuid is leider in een 3SA contract. De 5-de slag is door de leider in dummy gewonnen. De leider speelt echter in de 6-de slag uit dummy ♥ V uit zijn hand voor. West zegt nu dat de leider in dummy was. Ok, zegt de leider en speelt meteen ♠ 2 uit dummy voor waarop Oost ♠ 6 bijspeelt. West is het hier niet mee eens en roept de wedstrijdleider. West zegt dat hij alleen gezegd heeft dat de leider uit de verkeerde hand voorspeelde en niet dat hij uit dummy moest voorspelen. Wat beslist de wedstrijdleider ?
Antwoord:
De spelregels zeggen [art 9B1(a)] dat als de aandacht op een overtreding gevestigd is (dat is in dit geval door West gebeurd ) dat men meteen de WL moet roepen. Men mag NIET doorspelen en alles wat men daarna gedaan heeft kan het geheel erger maken en de WL kan de zaken die na het vaststellen van de overtreding gebeuren terugdraaien.
In dit geval zou als de WL gekomen was zowel Oost als West
onafhankelijk van elkaar de uitkomst van ♥ V wel
of niet mogen accepteren (art 55). Nu zijn eigenlijk zowel NZ als OW in
overtreding omdat men met het spelen niet gewacht heeft op de wedstrijdleider.
Maar zoals het nu gegaan is kunnen wij het beste maar aannemen dat Oost de keuze
zou maken dat de leider uit de dummy moest voorspelen, dus
♥ V moet de leider dan terugnemen en de leider
moet dan uit dummy voorspelen en de leider zou dan kiezen voor ♠2, waarna Oost
♠6 bijspeelt.
Zo is het nu het beste op te lossen.
En alle spelers moet erop gewezen worden dat men na het vaststellen van een overtreding niet door mag gaan met bieden of spelen. Eigenlijk beide paren leren wat de juiste gang van zaken bij het constateren van een overtreding is.