uit de hand gevallen of bewust

             NBB District Delft  


uit de hand gevallen of bewust

Probleemstelling:

Zuid is leider in een 4♠ contract.
Oost is in de 6-de slag aan slag en legt 5 op tafel neer, neemt deze direct terug en speelt nu ♠H en zegt : ?5 viel uit mijn handen?.
Ik als Zuid, tevens leider, ben het daar niet mee eens en riep de arbiter en deze besliste dat 5 een kleine strafkaart werd en Oost ♠H gewoon mocht spelen en bij eerste gelegenheid de kleine strafkaart 5  door Oost moest worden bijgespeeld.
Mijn partner Noord en ik als Zuid, zagen duidelijk dat Oost 5 gewoon uit zijn pak kaarten haalde, maar toen zich zijn vergissing realiseerde omdat 5 in de dummy zou worden getroefd en hij dus beter eerst met ♠H de laatste troef van tafel kon spelen.
Mijn vraag is dan ook of de arbiter hier de juiste beslissing heeft genomen.

Antwoord:

Dat kan ik zo niet zeggen. Alleen het spelen van de kleine strafkaart op de wijze zoals in de probleemstelling aangegeven wordt is niet juist.

Heeft de arbiter nog uitgezocht wat er precies gebeurd was en waarom en twee verschillende kaarten door Oost ?gespeeld? zijn? Ik zou nagegaan zijn wat Oost precies gedaan had. Hij zou mij bijv. moeten voordoen hoe hij 5 gespeeld had. En de ander spelers aan tafel zullen zo nodig aangeven of het in hun ogen juist nagedaan wordt of niet. Zo nodig neem ik Oost even apart van tafel en praat hem. Normaal gesproken kom ik er dan wel achter of 5 bewust gespeeld was en of dat het uit de hand van Oost gevallen was. In twijfelgevallen zal ik beslissen dat 5 gespeeld is omdat het Oost is die ervoor moet zorgen dat hij de kaarten in zijn handen goed moet vasthouden en er voor moet zorgen om een kaart op een juiste wijze te spelen. De problemen ontstaan in dit geval doordat Oost om eventueel allerlei begrijpelijke redenen een kaart als tegenspeler laat zien wat hij mogelijk niet bedoelde.

Twee mogelijkheden :

Ik beschouw 5 als een bewust gespeelde kaart. Dan moet 5 gespeeld worden en wordt ♠H een grote strafkaart. Zie artikel 50 voor de consequenties van een grote strafkaart. 

Ik beschouw  5 als uit de hand van Oost gevallen, dan wordt 5 een kleine strafkaart (art 50B, 1-ste regel). In tegenstelling tot wat er in de probleemstelling staat wat de arbiter beslist heeft  moet 5 alleen dan door Oost gespeeld worden als Oost een ♥-kaart  wil spelen die kleiner is dan 10 (zie artikel 50C). Dus Oost mag rustig een -honneur of een andere kleur spelen en dan blijft 5 als kleine strafkaart liggen. De informatie van 5 (bijv. 4-de van boven, kleintje belooft plaatje) is ongeoorloofde informatie voor zijn partner West, maar geoorloofde informatie voor de leider Zuid.